vrijdag 19 september 2014

Niets.

Zes weken.
Ik lig inmiddels zes weken in mijn nest. Goed, inmiddels waggel ik ook wat in en om het huis, maar het grootste deel van de dag lig ik in mijn geleende seniorenbed voor meubelstuk te studeren.

Eén van de eerste dingen die ik me voornam toen ik me realiseerde dat ik wel eens Heel Lang de pineut zou kunnen zijn, was heel veel schrijven. Helaas werkt het niet zo. Om iets leuks te kunnen schrijven, moet ik dingen meemaken. En momenteel is het spannende hoogtepunt van de week het moment dat één van mijn katten een muis opvreet onder mijn raam. Best heel intrigerend en bloederig, maar niet enerverend genoeg om een stukje over te schrijven. Hoewel, ik las dat er sprake is van een muizenplaag in Friesland. Als ik lang genoeg wacht is er sprake van genocide. Dat is wellicht de moeite waard om over te schrijven.

Tot die tijd is mijn leven tamelijk saai. Natuurlijk krijg ik zo nu en dan visite. Dat vind ik heerlijk en ik waardeer het enorm dat er met enige regelmaat iemand aan mijn voeteneinde plaatsneemt, maar ook dat is geen stof voor een leuk stukje. Ik zou het zelf ook niet op prijs stellen als ik na een ziekenbezoek de door mij en de patiënt besproken roddels terug zou lezen op zijn of haar weblog.

Ik zou kunnen vertellen over mijn pogingen mijn been te buigen. Voor de meeste mensen een vanzelfsprekendheid, voor mij een opgave die qua moeilijkheidsgraad overeenkomt met het geblinddoekt invullen van de belastingaangifte met een benzinestift. (Nooit geprobeerd, maar lijkt me een uitdaging.) Ik zou daarbij kunnen uitweiden over hoe het voelt alsof een uit de kluiten gewassen sumoworstelaar zijn hele gewicht in de strijd gooit om te voorkomen dat ik mijn been buig. Waarbij ik me meteen zou afvragen wat het die sumoworstelaar in 's hemelsnaam kan schelen of ik mijn been al dan niet buig. Uiteraard zou ik de bobbel op mijn knie, veroorzaakt door de pennen die in mijn knieschijf zijn gepropt, vervloeken, omdat hij zo pijnlijk is. Met andere woorden, dat zou één grote klaagzang worden en wie zit daar nu op te wachten? Ik niet.

Maar goed, waar moet ik dan over schrijven? Misschien weer eens een stukje over Dv4? Over hoe ze gisteren vertelde over Juf Miss Sarah, die alleen maar Engels sprak, waarschijnlijk omdat ze uit Italië komt? Ik vond dat erg grappig, maar ik ben me bewust van mijn vooringenomenheid, waar het mijn dochter betreft. Ik zou ook best kunnen vertellen over hoe ze aan de schoolarts vroeg, toen ze het overduidelijk zat was: "Zeg dokter, duurt dit nog lang?". Allemaal zaken waar ik vreselijk om moet lachen, maar waarvan ik me afvraag of ik bij jullie de mondhoeken omhoog krijg. Ik vermoed namelijk dat de gedeelde genen ervoor zorgen dat ik nagenoeg alles wat ze doet óf grappig óf oneindig knap vind. Als ik lezers`over wil houden kan ik dit onderwerp dus ook beter links laten liggen.

Ik heb wel eens vaker een stukje geschreven over helemaal niets, dus ik zou ook kunnen vertellen over hoe ik vanmorgen - zonder enige hulp - in mijn rolstoel naar een vriendin ben gereden. Over hoe ik midden op de weg reed, omdat mijn rolstoel anders een afwijking naar rechts vertoonde, waardoor in zomaar onverbiddelijk ondersteboven in de goot zou kunnen belanden, met een beetje fantasie en gevoel voor dramatiek. Gedetailleerd zou ik kunnen beschrijven hoe de spieren in mijn bovenarmen protesteerden toen ik de laatste bocht nam. Ik zou het gevoel van euforie kunnen beschrijven, dat me overspoelde toen ik uiteindelijk  de tuin van mijn vriendin bereikte. Ik zou dat kunnen doen. Een beetje sneu zou het wel zijn, vinden jullie niet?

Ik heb ook nog even met de gedachte gespeeld om te schrijven over mijn buurvrouw die steeds maar weer klaarstaat om me uit de brand te helpen. Over hoe ze Dv4 van school haalt, omdat ik dat niet kan doen. Of over hoe ze me gezellig babbelend in mijn rolstoel naar de buitenschoolse opvang duwde, zodat ik mijn dochter zelf weer eens op kon halen. Ik zou kunnen vertellen over haar engelengeduld toen we samen met Dv4 naar de schoolarts gingen en het vreselijk uitliep. Is allemaal mogelijk, maar aangezien ik haar ook al een standbeeld heb beloofd, lijkt het me een beetje too much.

En dan is er nog de enorme opluchting die ik voelde toen ik eindelijk de deur van het toilet kon sluiten, omdat ik mijn tenen ver genoeg naar me toe kon trekken. Ja Ja! Of het uitglijdenindebadkamerincident. Het piepen van mijn rolstoel, ook zoiets. Stuk voor stuk dingen die mijn bezig houden of hielden. Ik begrijp echter maar al te goed dat ik jullie hiermee niet zal boeien. Ik kom tot de droevige conclusie dat ik jullie echt helemaal niets te melden heb.

Sorry.






1 opmerking:

  1. Je weet dan wel niets om over te schrijven, maar intussen schrijf je wel héél leuk !
    Iets om je aan vast te houden: het tikken van de klok werkt in je voordeel, er komt een dag dat dit allemaal over is.
    Schoonmoeder van je behulpzame overbuurvrouw :)

    BeantwoordenVerwijderen